16 sep: Jasper
Door: Pascal en Marco
Blijf op de hoogte en volg Pascal en Marco
16 September 2011 | Canada, Jasper
Bijna helemaal alleen beklommen we het pad richting de gletsjer door de alpine weilanden. Dat was nog niet zo gemakkelijk, want de ijle lucht zorgte ervoor dat wat lastiger adem haalden. We zagen de gletsjer het hele uur al in verte, maar ze leek steeds mooier en groter te worden. Ongelofelijk hoe groot dat is, en dit is echt net op foto's vast te leggen. Toen we de foto's terug keken, leek het nergens meer op.
We zagen een marmot boven op een heuvel naar ons uitkijken, hij keek me me in de ogen en blijkbaar waarschuwde hij zijn hele familie. We lazen dat we hele kuddes marmotten tegen zouden komen, maar het bleef bij deze ene.
Over de laatste heuvel werden we verrast door een blauw meer onder aan de gletsjer, waarin grote stukken ijs dreven. De zon scheen er af en toe tussende wolken op en dat gaf een schitterend beeld. Een bord waarschuwde ons niet te dicht bij het water te gaan, omdat de stukken ijs ieder moment konden afbrokkelen en dan helemaal tot de overkant van het meer konden glijden. Maar goed, hoe groot is die kans en dus het gevaar ten opzichte van de evaring die we niet snel nog eens zullen opdoen? Dus we zijn helemaal naar het meer gelopen. Of eigenlijk geklommen, want de weg was een en al stenen, klein en groot. Daarna klommen we wat hoger naar de ijsgrot die we verderop zagen en hoe dichter bij we kwamen hoe groter de grot werd. Hij bleek zeker 7 meter hoog te zijn. We waren best dichtbij toen ik een onbestemd gevoel kreeg. We hoorden en zagen stenen naar beneden vallen en iets zei me dat dit echt niet safe was. Hij kon elk moment instorten, al kon het ook nog maanden duren of helemaal niet gebeuren. De foto van Marco ervoor, is met bevende handen gemaakt. Maar dat risico wilden we niet nemen en we zijn weer terug naar het pad geklommen. Het pad liep verder weer afwaarts en gaf ons een mooi uitzicht over de vallei.
29 km verder was de town of Jasper. Ik vind het een apart idee dat er ook echt mensen wonen in dit natuurreservaat, maar wel fijn dat je ergens nog wat leven tegenkomt. We hebben daar even naar huis gebeld (het is de enige plek met bereik in het park) en een pizza gegeten. Daarna reden we 43 km verder naar Maligne Lake. De weg kwam eerst langs Medicine Lake, een meer dat bijna opgedroogd is. Daardoor zie allemaal scheuren in de bodem en heel veel sporen van die dieren die daar gemakkelijk bij het kleine riviertje kunnen komen om te drinken. Helaas hebben we geen dieren gezien.
Maligne Lake is het grootste natuurlijke meer van de Canadian Rockies. Er is er een groter, maar die is beïnvloed door mensen. Maligne is 22 km lang en ligt op 1800 meter hoogte. Op het diepste punt is het 100 meter diep, maar gemiddeld 50 meter. De temperatuur is in de zomer 4 graden en in de winter vriest het dicht. Het ijs is dan 2 meter dik en ligt onder een laag sneeuw van 5 meter. Het water was op dit moment mooi blauw van kleur, de kleur hangt af van het seizoen. De hoeveelheid stofdeeltjes dat het ijswater meeneemt terwijl het steen van de bergen af slijt en de stand van de zon, maken dat het water blauw of soms groen lijkt. Maar het is echt puur en helder ijswater.
Alleen een deel van het meer mag bezocht worden en alleen door de daarvoor geautoriseerde boten, omdat het beschermd wordt. Je mag ook een kano huren en dan kun je iets verder komen. Er is halverwege het meer een campground, alleen bereikbaar per kano, niet te voet of per wagen. Je bent 4 uur onderweg heen en weer terug en er is niks, behalve een picknicktafel, een organic toilet en een fireplace. We hebben de boottocht gedaan en zagen een aantal kano's, echt heel knap en echt niks voor ons. De boot bracht ons tussen de enorme bergtoppen door bij Spirit Island. Het meest toeristische en gefotografeerde eilandje in de Rockies. Het was dan ook wel een plaatje! De gids vertelde veel over hoe het meer ontstaan is, de lawines die elk jaar plaatsvinden en de dieren die er leven. Eigenlijk leeft hier bijna niks. Het is glacierwater, dus zouden er in principe geen vissen kunnen zwemmen. Echter heeft de oprichter van het park forellen uitgezet, omdat het hem wel leuk leek om hier te kunnen vissen. En gek genoeg overleven de forellen het koude water en het ijs. Doordat er vissen zijn, werd het meer ook interessant voor bald eagles. Er leefden vroeger ook veel berggeiten, maar de adelaars kregen door dat ze de kleinere geiten met gemak van de berg konden duwen en zo een lekker hapje hadden. Nu worden er heel soms nog berggeiten gespot.
Na de frisse boottocht zijn we naar de Maligne Canyon gegaan. Een heel diepe canyon geslepen door het ijswater uit de Maligne Lake. Het water dendert tussen de rotsspleten waar je via een pad met 5 bruggen de canyon van 30 meter lengte kunt oversteken en je uit kijkt over het blauwe geweld. Waanzinnig! Je kunt aan de canyon zien hoe ver hij ingeslepen is in duizenden jaren.
Uitgeput van de indrukwekkende dag reden we terug naar de campground. Onderweg kwamen we een mamaMoose met baby tegen in de bossen en een kudde Elks die de weg over stak. Verder zien we veel eekhoorntjes, kleine gestreepte en grote bruine. We beginnen ook de geluidjes te herkennen en ze dus makkelijker te spotten.
-
19 September 2011 - 15:40
Bram:
Waanzinnig leuk om te lezen,maar als jullie thuis zijn verwacht ik toch echt de nodige uitgebreide uitleg van de afkortingen en de soorten dieren en vissen die jullie hebben gezien. Snap er af en toe weinig van.
Dus reken er vast op dat je soms opgescheept zit met nieuwsgierige " ouwetjes" die meer willen weten.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley